De hoeveelheid logopedisch behandelmateriaal is echter beperkt. Een logopedist moet het op zo’n moment vaak doen met een creatieve geest, om de stoornis in de pragmatiek te behandelen. Er is al helemaal weinig evidentie te vinden over welke therapie nu het meeste effect heeft.
Om te kijken naar parameters van de pragmatiek wordt het model van Roth en Spekman (Roth en Spekman, 1984) gebruikt. Dit model is al veelvuldig gebruikt bij het tot stand komen van de diagnostische middelen (bijvoorbeeld NPT). In het model van Roth en Spekman (1984) wordt onderscheid gemaakt tussen drie parameters, namelijk ‘communicatieve intenties’, ‘organisatie van een gesprek’ en ‘presuppositie’. Wanneer dit model als uitgangspunt wordt genomen, kan er op de parameter ‘communicatieve intenties’ wel wat evidentie worden gevonden voor behandeling. Een voorbeeld hiervan is Pivotal Response Treatment (PRT, Koegel, 2000), waarbij wordt getracht kinderen met een autisme spectrum stoornis (ASS) te motiveren tot het initiëren van communicatie. Deze methode wordt steeds vaker ook in Nederland gebruikt.