Kinderen die meertalig opgroeien ontvangen vaak minder input in één taal in vergelijking met eentalige kinderen die dezelfde taal leren, en kunnen als gevolg daarvan een taalachterstand ontwikkelen (Hoff et al., 2012). Taalproblemen van deze kinderen kunnen aan de oppervlakte overeenkomsten vertonen met de taalproblemen van kinderen met een TOS (Paradis, 2005), een aangeboren stoornis die het vermogen om taal te leren disproportioneel beïnvloedt (Leonard, 2014). Hierdoor kan meertaligheid een complicerende factor zijn bij het diagnosticeren van een TOS en speelt de vraag hoe een TOS bij een meertalig kind van een taalachterstand onderscheiden kan worden. Naast veel wetenschappelijk onderzoek dat zich richt op deze vraag, is ook in de praktijk veel werk verzet om diagnostiek bij meertalige kinderen te verbeteren. Zo ontwikkelden Ludo Verhoeven en Anne Vermeer (2001) de Taaltoets Alle Kinderen (TAK) met aparte normen voor meertalige schoolgaande kinderen, en bracht Liesbeth Schlichting in 2006 de Tweetalige Lexiconlijsten uit voor een jongere doelgroep. Daarnaast verscheen in 2012 de door Mirjam Blumenthal (Koninklijke Kentalis)
Taalachterstand of taalontwikkelingsstoornis? |
|
10 juni 2016 | |
Tessel Boerma, Elma Blom |
Samenvatting
Aanleiding Taalproblemen bij meertalige kinderen kunnen het gevolg zijn van een taalontwikkelingsstoornis (TOS), maar ook van onvoldoende blootstelling aan de doeltaal. Een betrouwbare diagnose van een TOS bij meertalige kinderen is daarom idealiter gebaseerd op beide talen van het kind, aangezien een TOS zich uit in elke taal die het kind leert. Het is echter niet altijd haalbaar om een kind in beide talen te testen. De huidige studie onderzocht een alternatief.
Methodiek Eentalige en meertalige kinderen met en zonder een TOS (33 kinderen per groep) werden vergeleken aan de hand van drie recent ontwikkelde instrumenten: 1) een oudervragenlijst, 2) een nonwoord-repetitietaak en 3) een narratief.
Resultaten Een combinatie van de drie instrumenten was zeer goed in het onderscheiden van een TOS en een normale taalontwikkeling, zowel binnen een eentalige als meertalige context.
Conclusie Drie recent ontwikkelde instrumenten bieden een goed alternatief voor het signaleren van een TOS bij meertalige kinderen, als testen in beide talen geen optie is. Een oudervragenlijst in combinatie met twee instrumenten die beïnvloed worden door een TOS maar niet door taal-specifieke ervaring, kon effecten van een taalachterstand en taalstoornis uitstekend van elkaar onderscheiden.