In de normale ontwikkeling van een kind begint het eerste kauwen rond de leeftijd van zes maanden (Dovey & Martin, 2011) en is deze ontwikkeling rond het zesde levensjaar voltooid (Le Révérend, Edelson & Loret, 2013). Hoewel het kauwen zich volgens vaste patronen ontwikkelt, gebeurt dit niet bij alle kinderen op dezelfde manier. Dit is onder meer het geval bij kinderen met neurologische stoornissen, waaronder cerebrale parese (CP). Kinderen met CP hebben ten gevolge van houdings-, bewegings- en coördinatiestoornissen problemen met slikken, eten (waaronder kauwen) en drinken (Arvedson, 2013; Ferluga et al., 2013).
Om het kauwen in de klinische praktijk te kunnen beoordelen, lijkt een observatie-instrument het meest geschikt. Een observatie-instrument kan gebruikt worden om een hypothese, interventiedoelen en veranderingen over de tijd vast te stellen (Remijn, 2009). Benfer et al. (2013) hebben negen verschillende observatie-instrumenten met betrekking tot dysfagie (orale en faryngeale slikfase) beoordeeld volgens de COnsensus based Standards of health Measurement INstruments (COSMIN) criteria (Mokkink et al., 2010). COSMIN criteria zijn kwaliteitscriteria