Samenvatting

Het Communicatieve intentie onderzoek (CIO) is een logopedisch instrument waarmee door systematische observatie een indruk wordt verkregen van de neiging tot communiceren bij jonge kinderen. De pretentie is dat vanuit die communicatie-intentie toekomstige taalontwikkeling kan worden voorspeld. De kwaliteiten van het CIO worden beschreven aan de hand van de beoordelingsrubrieken van de COTAN. Deze rubrieken zijn: theoretische uitgangspunten, kwaliteit van het testmateriaal, kwaliteit van de handleiding, normen, betrouwbaarheid, begripsvaliditeit en criteriumvaliditeit. Geconcludeerd wordt dat het CIO een uniek instrument is: de eigenschappen die gemeten worden, kunnen niet met enig ander logopedisch instrument worden gemeten. Het CIO is aantrekkelijk vanwege het speelse karakter. Het instrument maakt een systematische observatie mogelijk waarbij de resultaten kunnen worden uitgedrukt in normscores. Er is aangetoond dat in een klinische groep de CIO-kernscore een redelijk tot goede voorspellende waarde bezit ten aanzien van toekomstige taalvaardigheden. De theoretische onderbouwing en de psychometrische kenmerken hebben geleid tot een ‘A’-kwalificatie.


961 Weergaven
69 Downloads
Log in
Bij kinderen die nog (vrijwel) niet spreken op een leeftijd waarop men dat wel zou verwachten, is het van belang te onderzoeken in hoeverre zij communicatieve intentie hebben ontwikkeld. Het CIO kan worden gebruikt om te voorspellen hoe groot de kans is dat de spraak/taalontwikkeling toch op gang komt. Het sleutelbegrip hierbij is ‘communicatieve intentie’, de neiging om te willen communiceren, met of zonder taal.

Het Communicatieve Intentie Onderzoek (CIO) is nu ruim twee jaar beschikbaar voor de logopedische diagnostiek. Afgezien van presentaties op congressen, lezingen, cursussen, promotie van de uitgever en natuurlijk de uitgebreide handleiding, is er nog niet veel over het CIO gepubliceerd. De COTAN (Commissie Onderzoek Testaangelegenheden Nederland) beoordeling van het CIO hee­ geleid tot een ‘A’-kwalificatie. Het instrument heeft­ een erkend goede waarde.

Uitgangspunten en beschrijving van het instrument

Het CIO onderzoekt de kwaliteit en het niveau van de ontwikkeling van de com- municatieve intentie bij jonge kinderen (1;4 – 2;5 jaar). De ontwikkeling van communicatieve intentie is van fundamenteel belang voor de taalontwikkeling. De theoretische uitgangspunten daarvoor worden in de handleiding (van der Meulen, Slofstra- Bremer & lutje Spelberg, 2013) uitvoerig besproken. Wij vatten ze hier samen in de vorm van enkele stellingen. Deze stellingen vormen de kern van waaruit is gedacht bij de constructie van het CIO.

  • Kinderen zijn actief bezig met taalontwikkeling. Zij ontwikkelen taal in

Literatuurlijst

  1. Bates, E., Benigni, L., Bretherton, I., Camaioni, L. & Volterra, V. (1979). The emergence of symbols: cognition and communication in infancy. New York: Academic Press.
  2. Bloom, L. & Tinker, E. (2001). The Intentionality Model and Language Acquisition: engagement, effort, and the essential tension in development. Monographs of the society for research in Child Development, Vol. 66, no. 4. Boston: Blackwell.
  3. Eldik, M. van, Schlichting, J.E.P.T., lutje Spelberg, H.C., Meulen, B.F. van der, Meulen, Sj. van der (1997). Reynell Test voor Taalbegrip (2de druk). Berkhout: Nijmegen.
  4. Evers, A., Lucassen, W., Meijer, R. & Sijtsma, K. (2010). COTAN Beoordelingssysteem voor de kwaliteit van tests. Gewijzigde herdruk. Amsterdam: NIP.
  5. Fröhlich, A.D. & Haupt, U. (2004). Leitfaden zur Förderdiagnostik mit schwerbehinderten Kindern (enth. Diagnose-Leitfaden + Entwicklungsbögen): Eine praktische Anleitung zur pädagogisch-therapeutischen Einschätzung. Dortmund: Verlag Modernes Lernen.
  6. Kort, W., Schittekatte, M., Bosmans, M., Compaan, E.L., Dekker, P.H., Vermeir, G. & Verhaeghe, P. (2005). Wechsler Intelligence Scale for Children-III. Amsterdam: Pearson (Nederlandse bewerking).
  7. Meulen, Sj. van der, Slofstra-Bremer, C.F. & lutje Spelberg. H.C. (2013). Communicatieve Intentie Onderzoek. Handleiding. Houten: Bohn Stafleu van Loghum.
  8. Ninio, A. & Snow, C.E. (1996). Pragmatic development. Essays in developmental science. Harvard: Harvard University, Westview Press.
  9. Resing, W.C.M. et al. (2005) Werkgroep Advisering Instrumentarium Indicatiestelling (WAII). Indicatiestelling speciaal onderwijs en leerlinggebonden financiering: condities en instrumentarium. Amsterdam: Boom test uitgevers.
  10. Schlichting, J.E.P.T., Eldik, M. van, lutje Spelberg, H.C., Meulen, Sj. van der & Meulen, B.F. van der (1998a). Schlichting Test voor Taalproductie (2de druk). Lisse: Swets Test Publishers.
  11. Schlichting. J.E.T.P. & lutje Spelberg, H.C. (2002). Lexilijst Nederlands. Een instrument om de taalontwikkeling te onderzoeken bij Nederlandstalige kinderen van 15-27 maanden in het kader van vroegtijdige onderkenning. Lisse: Swets Test Publishers.
  12. Schlichting, J.E.T.P. & lutje Spelberg, H.C. (2002). Lexilijst Nederlands. Een instrument om het taalbegrip te onderzoeken bij kinderen van 15-25 maanden in het kader van de vroegtijdige signalering. Handleiding. Amsterdam: Harcourt test Publishers.
  13. Schlichting, J.E.T.P. & lutje Spelberg, H.C. (2010). Schlichting Test voor Taalproductie-II. Handleiding. Houten: Bohn Stafleu van Loghum.
  14. Slofstra-Bremer, C.F., Meulen, Sj.v.d. & lutje Spelberg H.C. (2006). De Taalstandaard. Amsterdam: Harcourt.
  15. Slofstra-Bremer, C.F., Meulen, Sj. v.d. & lutje Spelberg, H.C. (2017). De Taalstandaard. Herziene druk. Bodegraven: K2-Publisher.
  16. Tomasello, M. (2003) Constructing a language. A usage-based theory of language acquisition. Cambridge, Massachusetts & London, UK: Harvard university press.
  17. Tellegen, P.J., Winkel, M. & Wijnberg-Williams, B. (1996). Snijders- Oomen Niet-verbale intelligentietest SON-R 2½-7. Handleiding. Lisse: Swets & Zeitlinger.