Als hij ziet dat ik naar hem kijk, draait hij zijn hoofd verder weg en verduidelijkt hij zijn reactie. ‘Niet boek. Jood’. Je zou denken dat hij mij wil beledigen met een verkeerd ingeschatte religie, maar hij refereert aan de rode bellenblaas die buiten zijn bereik staat. In plaats van mijn geduld te verliezen in deze inmiddels vier minuten durende battle, geniet ik intens.
Drie maanden geleden sprak dit jongetje nog maar vier woorden waarvan twee volledig onverstaanbaar. Frustratie, woede en onbegrip waren aan de orde van de dag. Datzelfde kind kan nu aangeven wat hij niet wil, wat hij wel wil en doet dit ook nog eens met woorden. Ik wil een gat in de lucht springen maar ik houd mijn gezicht in de plooi. ‘Je wilt bellenblazen, dat weet ik’ zeg ik rustig. Hij kijkt me hoopvol aan. ‘Maar we gaan eerst een boek lezen, dan bellenblazen’ ga ik verder. De hoopvolle blik verdwijnt als sneeuw voor de