Log in
Jaren geleden organiseerden we met ons team in het Radboudumc een Tongsymposium. Alle lezingen gingen over de tong: anatomie, neurofysiologie, pathologie enzovoort … maar niet over tongtraining, want de internationale consensus is dat een functie het beste te laten herstellen is door de patiënt die functie te laten trainen, dus vooral functionele spraak- en sliktraining. Hoewel voor spreken en slikken weinig tongkracht nodig is, geniet geïsoleerde tongkrachttraining de laatste jaren nieuwe belangstelling, op basis van de hypothese dat krachttraining toch iets kan toevoegen. Studies hebben laten zien dat tongkracht inderdaad te trainen is, maar recente reviews rapporteren dat het effect daarvan in slikrevalidatie op dit moment nog onduidelijk is (https://www.ncbi.nlm. nih.gov/pmc/articles/PMC5544365/).
Hanneke Kalf

Het meten van tongkracht is tegenwoordig goed mogelijk, onder andere door een met lucht gevulde bulb met de tong zo hard mogelijk tegen het gehemelte te duwen, die verbonden is met een meetapparaat die de druk registreert in kiloPascal. Het eenvoudigste is om de patiënt met zichzelf te vergelijken, maar toch is het belangrijk om te weten: wat is normale tongkracht? Dat is door diverse onderzoeksteams gemeten en het opmerkelijke is dat de tongkracht van Amerikanen groter is dan die van Belgen (https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/22983359). De Vlaamse collega’s publiceerden een paar jaar geleden hun normaalwaarden in een cohort van 420 gezonde volwassenen. Door samen te werken konden wij die database gebruiken om de tongkracht van een groep parkinsonpatiënten te vergelijken. En daar zagen we iets opmerkelijks: hun gemiddelde tongkracht was gelijk. Dat was nog uit te leggen, want de